Human Resources
15 februari 2021

Corona-werkloosheid 2020 gelijkgesteld voor vakantie in 2021

In normale omstandigheden is tijdelijke werkloosheid wegens overmacht niet gelijkgesteld voor vakantierechten.  Dit geldt bijgevolg ook voor de tijdelijke werkloosheid wegens corona.  Arbeiders en bedienden die in 2020 gebruik hebben moeten maken van corona-werkloosheid hebben bijgevolg minder rechten opgebouwd in 2020.  Dit zou dus normaal gezien een impact hebben op hun vakantiedagen en vakantiegeld in het jaar 2021.

De overheid had hier al een uitzondering op gemaakt wat er voor zorgde dat elke werknemer die in de periode van 1 februari tot en met 31 augustus 2020 in tijdelijke werkloosheid was geweest, alsnog volledige vakantierechten had opgebouwd.

Goed voor de betrokken werknemers!  Al wil dit ook meteen zeggen dat hier een kostenplaatje aanhangt voor de werkgevers.
Zij moeten immers de niet opgebouwde rechten compenseren, dus meer vakantiegeld uitbetalen, en meer vakantierechten toekennen dan wat de werknemer heeft opgebouwd.

Verlenging mits financiële compensatie

De sociale partners bereikten midden september 2020 een akkoord om ook de periode nà 31 augustus gelijk te stellen voor de opbouw van de vakantierechten.

Hierbij werd wel een  belangrijke voorwaarde gesteld. Er moest een financiële compensatie komen voor de meerkost die deze gelijkstelling met zich meebrengt.
De regering heeft een regeling uitgewerkt voor 2020.  De wetgeving daarover werd inmiddels gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

Compensatieregeling

De regering heeft een budget uiteetrokken van 187.165.482 om de meerkost deels te compenseren.  Dit bedrag wordt opgesplitst in twee enveloppes van telkens € 93.582.741 die zullen verdeeld worden onder enerzijds de werkgevers van arbeiders, en anderzijds de werkgevers van bedienden.

De compensatie verloopt verschillend:
  • Voor de arbeiders ontfermt de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie (RJV) zich hierover.
  • Voor de bedienden wordt het vakantiegeld door de werkgevers uitbetaald en dragen zij bijgevolg deze financiële last.  Hier is het de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) die het budget zal aanwenden om de werkgevers te compenseren.  Deze compensatie zal verlopen via de RSZ-bijdragen over het 2de kwartaal 2021.
Werkgevers die in het tweede kwartaal 2020 af te rekenen hadden met gemiddeld minstens 10% corona-werkloosheid voor hun bedienden, maken in principe aanspraak op een gedeeltelijke compensatie van hun meerkost.  Hoeveel deze compensatie bedraagt is afhankelijk van de mate waarin de werkgever voor zijn bedienden beroep heeft moeten doen op corona-werkloosheid in het tweede kwartaal 2020.
De berekening en toekenning gebeurt éénmalig in het tweede kwartaal 2021.
Voor werkgevers die in het tweede kwartaal 2021 nog personeel tewerkstellen, komt de toegekende compensatie als een krediet in mindering van de verschuldigde bijdragen voor het tweede kwartaal 2021.
Het krediet is overdraagbaar naar de volgende kwartalen van 2021.

Berekeningswijze

De RSZ zal het globaal budget naar verhouding verdelen over alle werkgevers die er recht op hebben en hanteert hiervoor een wettelijk vastgelegde verdeelsleutel.
Ze zullen precies het relatief aandeel voor elke beoogde werkgever berekenen op basis van de gegevens in de kwartaalaangiftes.
Met welke elementen wordt rekening gehouden:
  • Het compensatiepercentage van de onderneming
  • Hoe meer corona-werkloosheid  gemiddeld voor de bedienden in de onderneming in het tweede kwartaal 2020, hoe hoger dit percentage is;
  • de som van de (globale) prestatiebreuken van de bedienden in tweede, derde en vierde kwartaal 2020
    Het betreft de corona-werkloosheidsdagen -of uren van de bedienden ten opzichte van de normaal te presteren arbeidsdagen of -uren.
De resultaten voor alle betrokken werkgevers samen en het beschikbare budget bepalen het uiteindelijke compensatiebedrag dat de RSZ zal kunnen toekennen.

Gelijkstelling vakantierechten

Voor de gelijkstelling van de vakantierechten is het wetgevend plaatje nu ook volledig rond. Een koninklijk besluit verlengde de gelijkstelling van corona-werkloosheid met arbeidsdagen tot en met 31 december 2020.

De vakantierechten in 2021 worden dus niet nadelig beïnvloed door een periode van corona-werkloosheid in 2020.

Werknemers die zich in de periode van 1 februari 2020 tot en met 31 december 2020 in corona-werkloosheid bevonden, zullen in 2021 vakantierechten genieten alsof ze tijdens de corona-werkloosheid in 2020 gewoon aan het werk zijn gebleven.

Momenteel hebben we er nog geen zicht op of er ook een gelijkstelling komt voor de corona-werkloosheid in 2021 (impact voor de vakantierechten in 2022).   Van zodra wij hier nieuws over vernemen hoor je het van ons!

Heb je hierover nog vragen? Onze collega’s van Konsilanto Loonadministratie & Werkgeversadvies staan je hier graag in bij.  Aarzel niet ons te contacteren!

Deel dit bericht

De laatste nieuwtjes

2021-02-16T11:41:50+01:00